Windenergie op zee
Er is meer windenergie op zee nodig om in 2030 de klimaatdoelstelling van 55% minder CO2-uitstoot te halen. In 2022 verhoogde het kabinet de doelstelling voor windenergie op zee van 11 naar 21 gigawatt (GW) rond 2030/2031. Dan leveren de windparken op zee 16% van de benodigde energie in Nederland. Dat is ongeveer 75% van ons huidige elektriciteitsverbruik.
De minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten kondigde in de Kamerbrief van 16 september 2022 aan dat een Energie Infrastructuur Plan Noordzee (EIPN) wordt opgesteld. Het EIPN schetst een richtinggevend beeld van de ontwikkeling van de benodigde infrastructuur voor windenergie op zee in de periode 2030 tot 2050. Ook het aansluiten van de infrastructuur op het energiesysteem komt aan bod.
De aanlanding van wind op zee heeft vijf aanlandingslocaties, waarvan Eemshaven er een is.
Voor de leefbaarheid vanwege de invloed van de aanlanding van wind op zee op/nabij wordt door het ministerie van EZK geld ter beschikking gesteld.
In Roodeschool is het bestuur van Stichting Dorpsbelangen Roodeschool gevraagd de regie te nemen. Dorpsbelangen heeft een werkgroep geïnstalleerd. Hierin zitten enkel inwoners van Roodeschool en Oosteinde. Want Dorpsbelangen Roodeschool wil ook Oosteinde bij erbij betrekken.
In de prospectus die in de derde week van september bij de huishoudens in het postcodegebied 9983 op de mat viel, worden inwoners uitgenodigd plannen in te dienen. De werkgroep beoordeelt de plannen.
Plannen windenergie op zee 2030-2050
Windenergiegebied Ten noorden van de Waddeneilanden
Het Wind op Zee-traject bestrijkt twee ’tranches’. De eerste tranche loopt van 2024 tm 2026. De tweede van 2027 tm 2030.
Regelmatig gestelde vragen
Vraag:
De werkgroep vraagt om drie goede ideeën. Ik heb er slechts één? Mag ik indienen?
Antwoord:
Uiteraard! Zoals wij bovenaan de prospectus hebben gezet: heb jij hét idee voor een beter Roodeschool? Eén idee is óók een idee!
Vraag:
Ik heb een idee dat een lange looptijd zal hebben. Want er zullen vergunningen en procedures voor nodig zijn. Moet ik die wel indienen?
Antwoord:
Ja, dien het wel in. Het zal niet in de eerste tranche aan bod kunnen komen (want dat moet in 2026 zijn afgerond), maar mogelijk is het zeer geschikt voor de volgende tranche en hebben we voldoende tijd om alle procedures te doorlopen.
Vraag:
Hoe groot moet ik denken?
Antwoord:
Ieder idee kan zomaar tot de beste ideeën worden gerekend.
Vraag:
Als lid van een vereniging denk ik dat ik een goed idee heb. Hoe pak ik dat aan?
Antwoord:
Ga eerst in gesprek met jouw bestuur. Je mag het idee onder je eigen naam indienen, maar het is belangrijk dat jouw bestuur weet van jouw idee.
Vraag:
Moet ik zorgen voor cofinanciering1) als mijn idee wordt gehonoreerd?
Antwoord:
Nee, dat hoeft niet bij deze eerste ronden. In de tweede tranche is het wel verplicht om cofinanciering te vinden. De werkgroep zal bij het goede en kansrijke idee op jacht gaan naar cofinanciering.
Vraag:
Wordt mijn idee altijd uitgevoerd?
Antwoord:
Dat is niet op voorhand te zeggen. De werkgroep beoordeelt de plannen ondermeer op uitvoerbaarheid, financiële haalbaarheid en realiteit.
Vraag:
Ik zou het mooi vinden als ik meekrijg welke plannen er zijn ingediend. Kan dat?
Antwoord:
Ja, wij hebben het voornemen een avond te organiseren waar iedereen die een idee heeft ingediend voor wordt uitgenodigd.
Vraag:
Hoe maken jullie de ideeën bekend waarmee verder wordt gegaan?
Antwoord:
Na beoordeling, overleggen wij eerst met de overheid, want zij betalen de plannen. Pas als wij 100% zekerheid en garantie hebben dat het idee tot uitvoer kan worden gebracht, brengen wij dat naar buiten. Dat kan een poosje duren.
1) Sommige fondsen en subsidieverstrekkers stellen bij grotere projecten eisen aan cofinanciering (je moet dan minimaal nóg een fonds vinden die financieel bijdraagt).