Bevrijding Roodeschool

Op 21 april 1945 is Roodeschool bevrijd. Alhoewel sommigen beweren dat het dorp op 20 april is bevrijd, op dezelfde dag als bijvoorbeeld Uithuizen en Uithuizermeeden, is deze datum niet correct.

Het dorp is op zaterdag 21 april bevrijd door de Regina Rifles. Dit Infanterieregiment viel onder de 3e Canadese Infanteriedivisie. De Regina Rifles waren afkomstig uit de plaats Regina in de Canadese ‘prairieprovincie’ Saskatchewan. Ze werden ook wel ‘The Johns’ genoemd. Met Farmer John werd in Canada voornamelijk de boerenstand aangeduid.
De Regina Rifles waren al vanaf D-Day in Europa.

De Regina Rifles kwamen op 19 april vanuit de omgeving Meppel/Steenwijk aan op het Hogeland. Het viel hen op dat zij ontelbare slootjes en maren over moesten steken. Meestal moesten de infanteristen grote afstanden omlopen, om betrekkelijk korte stukjes te overbruggen. Niettemin maakten The Johns sprongsgewijze van dorp naar dorp goede vorderingen.

Over de ondergrondse waren de Canadezen over het algemeen goed te spreken. Soms wat minder.

Het hoofdkwartier van de Regina’s werd gevestigd in Onderdendam. Van hier gingen de compagnieën naar de verschillende dorpen in de buurt, om deze te zuiveren van de bezetter.

Op 18 april kwamen de Royal Canadian Dragoons al in actie op Het Hogeland. Zij hadden meegevochten in de strijd om de bevrijding van de stad Groningen. Na een paar verdiende rustdagen gingen de Dragoons weer vol in de aanval en bevrijdden op 18 april Baflo en op 19 april Winsum. Zij vloeiden daar samen met The Royal Regina Rifles die Adorp en Sauwerd wisten te bevrijden.

Hieronder uitsnedes van het dagboek van The Regina Rifles, 19 t/m 21 april 1945.
Gebruikte afkortingen:
7 Cdn Recce Regt: 7de Canadese Recce Regiment (Verkenners)
Coy: Compagnie
HQ: Hoofdkwartier
MR: Map Reading (coördinaten staan er achter vermeld)
sq: square = kaartvierkant

19 april 1945

The Regina’s bereiken op 19 april om 16:00 uur Onderdendam en onmiddellijk trekken zij samen met de Verkenners richting Warffum, Usquert, Baflo en gaan in de omgeving op zoek naar Duitsers. Ze vinden geen enkele Duitser. De ondergrondse en de burgers bevestigen dat. Die vertellen dat de Duitsers richting het oosten zijn gevlucht om via Delfzijl te ontkomen richting Emden. De A-compagnie pakt toch een paar krijgsgevangen op die verkleed als landarbeiders probeerden aan de geallieerden te ontkomen. Een aantal van hen is infanterist en de rest grondpersoneel van de Luftwaffe.

20 april 1945


Het Carrier Platoon beschikt over licht bepantserde rupsvoertuigen. Die zijn geschikt voor het vervoeren van troepen, materieel en ondersteuningswapens of als machinegeweerplatform. Het peloton maakt op 20 april een actie richting het westen (richting Friesland) maar is om 16:00 uur al weer terug op HQ. De C-compagnie trekt naar Usquert en is rond het middaguur in positie. Ze hebben geen Duitser gevonden maar informatie van de ondergrondse leert dat de Duitsers wel kunnen worden verwacht in Uithuizen en in Zandeweer. Ook in Uithuizermeeden en in Roodeschool zouden nog Duitsers zitten.

In het dagboek schrijven de Regina’s ’s avonds dat de ondergrondse bijzonder enthousiast en behulpzaam is maar dat het voor de Canadezen lastig is om het kaf van het koren te scheiden. ‘Iedereen probeert ons te helpen maar een groot deel van de informatie is niet betrouwbaar’.

Om 16:00 uur rukt B-compagnie op naar Uithuizen en arriveert daar om 18:45 uur zonder een Duitser te zijn tegengekomen. Dat klopt want de Royal Canadian Dragoons (Cavalerie, officieel: I Canadian Corps armoured car regiment) hebben eerder die dag Uithuizen al bevrijd. Hierbij namen ze bij Zandeweer Duitsers krijgsgevangen maar buiten Uithuizen hebben ze een hevig gevecht moeten leveren met de vijand waarbij 15 Duitse militairen sneuvelden. De Dragoons trokken vervolgens door Uithuizermeeden om weer terug te keren naar hun HQ in Sauwerd.
Zie onderaan dit artikel de dagboekbeschrijvingen van dit regiment.

Om 19:45 uur rapporteert A-compagnie te zijn gearriveerd in Middelstum. Zij rapporteren dat er beschietingen plaats hebben gevonden op hen, vanuit het noorden. Waarschijnlijk vanaf het eiland Borkum. Onder de militairen geen gewonden maar twee of drie burgers raken wel gewond.

B-compagnie trekt om 20:00 uur met Carriers en verkenners richting Zandeweer. A-compagnie neemt 20 Duitsers krijgsgevangen, die door burgers zijn vastgehouden en de compagnie bevrijdt het hoofd van de ondergrondse.

Om 21:00 uur rapporteert A-compagnie dat zij zonder problemen in Zandeweer zijn aangekomen.

21 april 1945



Om 00:45 uur krijgen de commandanten te horen dat zij bij zonsopkomst richting de dorpen Roodeschool en Garsthuizen moeten om deze dorpen te bevrijden.

Om 09:00 uur staan ze in Garsthuizen. Geen Duitser te zien.

Om 09:30 uur rijdt een sectie Carriers Roodeschool binnen. Om 11:00 uur geeft de commandant door dat er geen Duitsers meer zijn en de C-compagnie trekt het dorp in om het te bevrijden.

HQ op 21 april om 14:50 uur MR 353365
De verkenners van 7th Recce Regt gaan om 12:00 uur vanuit Roodeschool via Oosteinde richting Spijk. Daar stuiten de verkenners op hevig mortiervuur van de buitenste verdedigingslinie van de Festung Delfzijl. Zij zijn genoodzaakt terug te trekken. De Regina Rifles worden afgelost door het Perth Regiment. De Regina’s trekken zich terug naar Roodeschool. Het HQ van de Regina’s vestigen zich dan om 14:50 uur in Roodeschool. Dit is ten noorden van de Hooilandseweg en ten westen van de Laanweg geweest waar nu de Ubbegalaan ligt. Dit heette vroeger het Coolman’s pad en de ingang van het pad lag naast De Witte Villa, bezet door de Duitsers die toen al gevlucht waren.
De locatie is op een topografische kaart van die tijd ingetekend. De Ubbegalaan, Ripperdahof, Bauwemalaan en een deel van de Westerdijkstraat bestonden toen niet.
De geallieerden stuitten op de buitenste rand van de Festung Delfzijl.

De verschillende compagnieën gaan naar Godlinze, Zijldijk en ’t Zandt. In het oorlogsdagboek schrijven de Canadezen dat de Duitsers in hun aftocht naar Delfzijl/Emden meerdere bruggen hebben opgeblazen. Ze merken tevens dat er op hen wordt geschoten maar dat gebeurt niet gericht. Met andere woorden de Duitsers weten de positie van de Canadezen niet (precies). Vermoedelijk wordt geschoten vanaf Borkum maar het kan ook van de Stelling Nansum komen.

Op 22 april krijgen de Regina’s het commando dat zij via Groningen naar de Beerta’s moeten trekken. Aldaar aangekomen krijgen ze de opdracht om de batterij Dollard-Süd uit te schakelen. Dit is het laatste wapenfeit van The John’s in Nederland. Zij trekken vervolgens naar Ost-Friesland (Weener, Leer Aurich en Emden).

Het aantal Canadezen dat op Nederlandse bodem sneuvelde, bedraagt ongeveer 7.600. Zij brachten het ultieme offer voor onze vrijheid.

Roodeschool, 20 april 2020
Jack van Dijken

War diary Royal Canadian Dragoons 20 en 21 april 1945.